ZO WERKT SNIJBESCHERMING

Bosbouw is een prachtig, maar ook uitdagend beroep. Daarom zijn er ook speciale veiligheidsmaatregelen nodig. Vallende takken en bomen vormen naast vallen een groot gevaar; net als het hanteren van de motorzaag. Zonder speciale bescherming gaat een kettingzaag even moeiteloos door andere materialen als door hout. Om ongelukken met kettingzagen te voorkomen worden daarom, naast de normale bescherming van zagen (bijv. kettingrem), persoonlijke beschermingsmiddelen met geïntegreerde snijbescherming gebruikt.

Er zijn twee soorten snijbescherming:

• Blokkerende snijbescherming: die meestal wordt gebruikt in zaagbroeken
• Vertragende snijbescherming: die vaak in zaaglaarzen wordt gebruikt

Beide hebben een ander effect en voorkomen resp. verminderen de gevolgen van een ongeluk. Beide bieden echter geen 100 % bescherming. Maar vaak verhinderen ze bij een ongeluk wel ernstiger letsel.

Blokkerende snijbescherming

De blokkerende snijbescherming bestaat uit een soort kussen dat bijv. in de broek is genaaid. Deze kussens bestaan uit meerdere lagen lange polymeerdraden met een hoge sterktegraad. Als de kettingzaag in contact komt met de broek, gaat hij eerst door de buitenstof. Vervolgens komen de tanden van de ketting in aanraking met de snijbeschermingsinzetten en trekken ze draden uit de stof. Deze draden worden dan door de ketting naar het aandrijfrondsel getransporteerd. Hier wikkelen zich deze draden steeds meer om het aandrijfrondsel tot de aandrijving wordt geblokkeerd en de ketting tot stilstand komt.

Deze video is opgenomen met een highspeedcamera en laat in slow motion zien hoe de motorzaag wordt gestopt:

Het doel van de vertragende snijbescherming is de ketting af te remmen tot stilstand, voor hij volledig is doorgesneden. Hierbij wordt bijv. gebruik gemaakt van bepaalde rubbermengsels (hoofdzakelijk in rubberlaarzen), van Aramide met een hoge sterktegraad of een daarmee vergelijkbaar materiaal als bijv. Kevlar®. Ook inzetstukken van staal, zoals verstevigde neuzen, kunnen vertragend werken. De energie die nodig is voor het doorsnijden van de inzetstukken, wordt onttrokken aan de bewegingsenergie van de ketting . Hierdoor gaat de ketting steeds langzamer draaien tot deze tot stilstand komt. Ook hier is belangrijk: Dit werkt alleen als de ketting niet constant van energie wordt voorzien, dus uitsluitend wanneer de uitlopende ketting moet worden afgeremd en niet ook nog eens de kracht van de motor.